Synchronicity was helaas het laatste album van de legendarische band uit Londen. Het album werd uitgebracht in 1983 en bevatte vier succesvolle singles: “Every Breath You Take”, “King of Pain”, “Wrapped around Your Finger” en “Synchronicity II”. In het 9-jarig bestaan van de band was dit het vijfde album. Een korte rekensom laat zien dat de band ongekend productief was in zijn eerste jaren.
Een jaar na het uitkomen van het album was het album genomineerd voor vijf Grammy awards van 1984. Het won drie van de vijf nominaties. Tijdens het uitkomen werd The Police ook gezien als de grootste band in de wereld. Deze symbolische titel werd overgedragen aan U2 tijdens een optreden in het Giants Stadium op 15 juli 1986. The Police was speciaal voor deze door Amnesty International georganiseerde tour bij elkaar gekomen om op te treden ter ere van het 25-jarig jubileum van de organisatie. De groep had sinds het einde van de tour die Synchronicity ondersteunde niet meer samen gespeeld en waren de facto al uit elkaar.
Maar terug naar het album. De titel van het album is geinspireerd op een boek van Arthur Koestler, The Roots of Coincidence. Sting was
een gretig lezer van zijn boeken en ook Ghost in the Machine was naar een werk van Koestler vernoemd. Het album zet zich gedeeltelijk af tegen de voorgaande albums van de groep. Het bevat veel minder reggae invloeden en juist meer synthesizers. Ook de invloed van wereldmuziek is goed te horen op het album. Het opnemen van het album gebeurde al op een bijzondere manier. De leden van de groep, en dan met name Sting en Stewart Copeland, konden elkaar intussen niet meer luchten. Elk lid nam zijn instrument in een andere ruimte op. Dit werd niet alleen maar gedaan vanwege de ruzie tussen de leden, maar ook omdat zo het beste geluid voor elk instrument te verkrijgen was.